Problemen met ontlasting hebben niet vaak een lichamelijke oorzaak. Bij maximaal 5% van alle kinderen met ontlastingsproblemen is er daadwerkelijk een lichamelijk probleem. In alle andere gevallen wordt er gesproken over een functioneel probleem, of anders gezegd: een probleem zonder lichamelijke oorzaak.
Sommige kinderen moeten 2 tot 3 keer per dag naar het toilet om te poepen, anderen maar 1 maal per 2 dagen. Dit is allemaal normaal. We poepen allemaal anders. We spreken van obstipatie (verstopping) wanneer een kind minder dan 3 keer per week poept. Als de ontlasting te lang in de darm achterblijft, wordt deze hard en komt er vaak met moeite uit. Dit komt doordat er water aan de ontlasting wordt onttrokken.
Verstopping (obstipatie) is een opeenhoping van veel poep in de darmen. Hoe langer de poep in de darmen blijft, hoe groter en harder dit wordt. Poepen gaat dan steeds moeilijker en kan pijn gaan doen. Het kind krijgt meestal buikpijn en wil, kan of durft niet meer te poepen.
Vieze broeken (feces incontinentie) kunnen een gevolg van verstopping zijn. In bijna alle gevallen verliezen kinderen onvrijwillig ontlasting in het ondergoed. Dit komt doordat dunne ontlasting langs de harde poep in het ondergoed lekt, ook wel overloopdiarree genoemd. Ook kan dit komen doordat het kind het moeilijk vindt om tijdig naar de poepaandrang te luisteren of het gewoonweg niet meer voelt.
Als uw kind last heeft van deze klachten, heeft dit soms verregaande gevolgen voor uw gezin. Misschien wordt uw kind gepest om de geur die het met zich meedraagt. Of wil uw kind absoluut niet meer naar zwemles. Onzekerheid en verdriet kunnen ertoe bijdragen dat uw kind zich anders gedraagt dan zijn leeftijdgenoten. Ook voor u als ouder is dit niet gemakkelijk en frustrerend.